DS Vandaag: Bonus. Dominique De Groen in het Huis van de Dichter: ‘Als het stormt, heb ik altijd nog de poëzie’

De Standaard De Standaard 8/5/23 - Episode Page - 40m - PDF Transcript

Kom maar, kom maar, kom maar, kom maar.

Nodig je nu uit om binnen te komen.

En op het moment dat je nu over deze vloer tegensloopt,

loop je over dezelfde tegensvaar.

Hugo Klaus, Rutger Popland.

Gewijmande link natuurlijk hier woonde.

Hermande konink.

Anna Enquist.

Panamarenko.

Ik kan nog even doorgaan.

In hun voetspor van Dominique de Groen.

Dat is wel...

No pressure.

O, je zal eens zeggen.

Hier in de voetspor van Dominique de Groen.

Gaan we los hier nog wel.

Gaan we binnen.

Er zijn dorpen en er is watoe.

In de zomer verwelkomt watoe je kwisplend.

In de winter rolt het zich ongenaakbaar op

als een hond in de mand van de Westhoek.

Telkens als ik na lange rit watoe binnenrijd

en de eindeloze velden, de trotsoogopranken

en de spitsenkerktoren zie,

vertraagt mijn hartslag als vanzelf.

Ik logeer in het huis van de dichter.

Een plek waar de muren veel te vertellen hebben.

In deze kamers en in deze tuin hebben dichter Gwijn Mandeling

en zijn vrouw en jes Hondenkein

het kunst- en poëzief festival bedacht

en hebben vele roemrijke dichters duizenden sigaretten gerookt,

de wereld bijeen gelogen, harte veroverd en gebroken.

Ik ben Jelle van Riet,

ambassadeur van het huis van de dichter

en literair journalist voor de standaard.

Ik wil jullie graag aansteken met mijn liefde voor poëzie

en heb daarom een favoriete dichter uitgenodigd,

met wie ik een dag, een nacht en een ochtend

in het huis en in het dorp doorbreng.

We praten over poëzie,

omdat praten over poëzie

hetzelfde is als praten over het leven.

Mijn gast vandaag en morgen is Dominique de Groen,

dat we een coole en originele dichterrijker waren,

bleek al meteen in 2017

toen ze debuteerde met Shopkeuil.

Ze was 26 en niet meer weg te denken

uit de Nederlandstalige poëzie.

Talent troef, want ze maakt ook film,

video's en performances

en momenteel schrijft ze aan een roman over Britney Spears.

In haar vierde met de Jan Kampertprijs bekroonde bundelslangen

laat ze de slangen in velen gedaanten

over de pagina's kronkelen en glibberen.

Opalg van dit triste meisje

werp haar van me af als slangenvel

en de doorre dode huid kruilt op in de vlamma.

Een film en in iedere scène ben ik Jennifer Lopez,

die een anaconda-burug die zich rond de zeldzame bloedorgie

degewikkeld, waaruit zij de moleculen

voor hun levenselixier wilde stileren.

En in iedere scène komt de Gela Albino Tijger Piton,

die rond Britney's nek gedrapeerd lacht

tijdens haar performance van I'm a slave for you

op de 2002 VMA's naar me toegeglibberd.

Wikkeld ze zich rond mijn naakte lichaam

en knijpt.

Toont me.

Vlak voordat mijn ogen uit hun kassen springen,

een gladde natte wereld zonder dieptes.

Een toekomst met schubben die niets anders bedekken dan

nog meer schubben.

Een shift van technologieën voor het verwezelijke van

een betere wereld naar technologieën van controle

en surveillance.

Dominique, wat is de diversiteitsaanpak in jouw werk?

De verbolge kunstenaar skronkelen naakt in biologisch

afbrekbare glitter, in de glinsterende asse van het teken.

De kurkdroge prijrie bedekt onder gistende kadavers.

Ik draai zo om en ieder gezicht is het mijna.

Less like a phoenix rising from the ashes,

more like a raccoon waddeling away from a dumpster fire.

Ik ben hier niet om vrienden te maken.

Ik ben hier om te winnen.

De dichter als Wonder Woman.

Superhelden die Anna Kondas werkt met de blote hand.

Ambassie, Dominique.

Ik vrees helaas dat voor mij niet in de sterren geschreven staat.

Maar dromen mag.

Dromen mag, ja, ik vond het wel gewoon leuk.

In dat gedicht was ik eigenlijk zo heel erg...

Was ik op zoek naar...

Slangen die in de popcultuur worden afgebeeld met vrouwen.

Dus bijvoorbeeld Jennifer Lopez in de film Anna Kondas

of dan het iconische optreden van Britney Spears met de slang op de VMA's.

En dan was ik eigenlijk zo aan te denken

dat je bij dat soort...

Seine is dat je ook altijd misschien ergens jezelf daarin probeert

in te beelden of zo van.

Hoe zou het voelen om zelf Jennifer Lopez te zijn

die hier deze heel taftige rol speelt?

Dus dat probeer ik in dat gedicht wat te evoceren

dat je jezelf probeert te verplaatsen

in al die verschillende vrouwelijke heldinnen.

Valg van dit trieste meisje werp haar van mij af als slangenvel.

Nu, dat komt ook uit het bundelslangen.

Dus je hoeft geen academicus te zijn

om te weten dat slangen heel belangrijk symbolen zijn in de bundel.

Ze kronkelt ook een velige daante over de paginas.

Maar waarom wilde je zo graag je oude huid afwerpen?

Het verlangen om te groeien, ervaar ik daarin.

Zeker. Ja, het is ook wel een bundel

die ik echt in een overgangsfase heb geschreven in mijn leven, denk ik.

Het was ten eerste de overgang van mijn 20's naar mijn 30's eigenlijk.

En ik denk wel, je kunt wel zeggen van

dat is een arbitraire leeftijd,

maar natuurlijk, ja, symbolisch betekent al wel veel.

Dat je misschien een beetje van een meisje naar een vrouw gaat

of dat voelt toch ergens wel als

een moment waarop je even terugblik

tot het afgelopen decennium

en denkt van oké, waar stond ik tien jaar gereden?

Waar sta ik nu?

Waar ben ik veranderd?

Waar ben ik gegroeid?

Waar kan ik nog groeien?

Dus ik was toen heel erg met dat soort vragen bezig.

Ik kwam ook net uit een lange relatie die was geëindigd

en dat is dan natuurlijk ook te midden van corona.

Dus ik moest dat heel erg in isolatie ook verwerken.

Dus ik was heel erg op mezelf aangewezen.

Ik kon eigenlijk weinig afleiding zoeken in uitgaan

of in leuke dingen gaan doen met vrienden.

Dus dat is dan ook natuurlijk wel zo een moment

waarop je gedwongen wordt om jezelf een beetje eruit te vinden.

Ja, je hart werd verbrijzeld als een diamante.

Exact, ja.

Maar daar komt natuurlijk wel een mooie bundel uit.

Je hebt dat wel eens eerder beschrijven als een ongelukje is ontstaan

want je was natuurlijk bezig aan die roman aan het schrijven.

Maar toen drong deze bundel zich op,

betekent dat de gedichten op jouw jugen en jij niet op de gedichten?

Zo voelt het wel, ja, zo voelt het wel.

Want ja, dus inderdaad,

ik was eigenlijk helemaal niet van plan om een bundel te schrijven.

Dus ik zat helemaal niet te wachten op gedichten eigenlijk

of ik was helemaal niet daar in mijn hoofd mee bezig

van waar kan ik nu nog eens een bundel over schrijven

of waar kan ik nu nog eens gedichten over schrijven.

Als slangen zijn ze mij bewust en binnen gekronkeld

en ik kon me eigenlijk niet tegenverzetten.

Ja, liefdesverdriet bracht je poëtische aandrang tot een kookpunt, kunnen we wel zeggen.

Ja, zeker, ja, het is natuurlijk, ja.

Mijn poëzie is meestal ook wel politiek

en gaat ook wel echt over de wereld om mij heen.

Maar toch is het emotionele en het lichamelijke natuurlijk ook wel wat aanwezig.

En opnieuw in de ene bundel dan wat meer dan in de andere

en in slangen zeker het meest.

En ik vind ook wel dat je in de bundel zelf merkt

dat ik mij ook anders begin te voelen naar gelang de bundel voordort.

Dat ik mij in het begin van de bundel is eigenlijk heel duister

en dan voelde ik mij ook echt niet zo goed.

En ik door het schrijven was eigenlijk wel een beetje een therapeutische bundel.

Ik denk ik, in die zin dat je wel merkt dat naar het einde toe veel hopvaller wordt.

Ik weet dat dat ook helemaal niet cool klinkt.

Kunst als therapie, dat is een beetje taboose als bijna.

Ja, ongelooflijk besoedeld.

Bijna tot al besoedeld, ja.

Maar ik vind er persoonlijk, ja, ik ervaar het vaak wel zo.

Dus ik wil dat ook niet ontkennen of zo

om mij dan cooler voor te doen dan ik ben.

Dat is aardig voor je.

De vraag kan poëzie eerst de hulp bieden bij lieftes verdriet.

Ellen Deckwitz schrijft in eerste hulp bij poëzie.

Kijk, bij akut, intens verdriet, heb je natuurlijk geen behoefte aan gedichten

maar aan een pak Kleenex en een fles vodka.

Poëzie komt in beeld bij langduriger vormen van verdriet, zoals Rauw.

Vaak heb je dan niet echt zin om met anderen te praten

maar moet je wel iets met het verliezen doen.

Daarvoor heb je na stijd taal nodig.

Verwerken begint vaak met verwoorden.

Bij jou helpt het dus wel ook bij akut verdriet.

Ja, zeker wel.

Maar ik ben sowieso...

Ik denk sowieso dat ik op een rare manier met verdriet omga.

Dat is bijvoorbeeld...

Oké, dit ga je raar klinken, maar ik kan ook niet echt huilen.

Ik heb al heel lang niet meer echt gehuild.

Of zo heel af en toe gebeurt het wel eens.

Maar ik vind dat heel moeilijk.

En mijn manier om met verdriet om te gaan

is eigenlijk vaak heel...

Bijna analytisch of zo, van heel erg te proberen

begrijpen wat er gebeurd is

of heel erg meteen dingen proberen te plaatsen.

Dat is wel mij gelopt om dingen te verwerken

van een narratief van te maken.

Op je veertiende

klonk je analytische verwerking als volgt.

Fuck, fuck, fuck, shit, kloten, cut, shit, shit, shit, shit, fuck, fuck.

Fuck!

Ik wil dood, ik wil dood, dood, dood, dood er dan dood.

Waarom ik?

Waarom ik?

Gevolgd door 15 uitroeptekens en vraagtekens.

Hebben dat soort gevoelens uiteindelijk weggevonden naar de gedichten.

Minder dramatisch.

Minder dramatisch, ja.

Dat is een fragment uit een dagboek.

Toen was hij 14 jaar.

En toen klonken dus inderdaad die dagboeken.

Ik vind die nu echt heel grappig om terug te lezen.

Het is echt het ene na het andere van dat soort dramatische passages.

Heerlijk, maar jij bent de nieuwe Adrian Moll.

Ik denk dat dat misschien toen wel mijn ambitie was, ja.

Ja, geef ze uit.

Het is misschien iets te genant voor mij om te maken.

Ik hou zelf heel erg van het werk van Dominique.

Maar ik wil toch nog graag eens mijn oorteluisteren leggen

bij een roembrukte poëziekenner.

Als ik iemand meent te kunnen plezieren met een gedicht waarin een jongedichter zich profileert

als een superheldin die anacondas met de blote hand werkt,

dan toch mijn goede vriend in Genoa, Ilya Leonhard Pfeifer.

Even bellen.

Hij weet vast ook of poëzie helpt tegen liefdes verdriet.

Poëzie is geen medicijn.

Poëzie maakt het alleen maar erger.

Het is geen elixer.

Dit gedicht van Dominique de Groen is fascinerend.

En het is natuurlijk eigenlijk onrechtvaardig

om dat ene gedicht uit de bundel te lichten

en als geïsoleerd gedicht te behandelen,

ook al kan het gedicht daar best wel tegen.

Maar die hele bundel is een soort van enorme virtual reality trip,

een enorme reis door een heede verleden en toekomst

die ook gebaald van idyllische trekjes hebben.

Dit is bepaald van nieuwe in de poëzie.

Ja, het is risicovolle poëzie.

Het is poëzie die niet op een opgemaksuchtige manier wil behagen.

De taal zelf is onderdeel van de constructie en van het experiment.

Ik denk dat ik het gedicht onrecht aan zou doen

door het te reduceren tot een één-dimensionale boodschap

die daaronder zou zitten.

Zo werkt poëzie niet.

Poëzie is niet een cryptogram waar een sadistische dichter

en op zich eenvoudige boodschap heeft verstopt in moeilijke woorden.

Zo gaat het niet.

Het is een trip die langs verschillende realiteiten

en verschillende betekenissen scheert.

Het is een heel meer duidelijk gedicht.

Dat onderdeel is van een heel meer duidelijk bundel.

Waar het om gaat is een soort van contrast of een soort van,

ja, ik weet niet of je dat ook escapisme mag noemen,

de wereld van vandaag.

Een soort van fantasie-wereld, virtual reality-wereld

die misschien even echt is als de wereld die wij echt noemen

of misschien zelfs nog wel echter.

Er is een ik-figuur die samenvalt met verschillende soort

pixelvormen, avatars en dan weer niet.

Het is een soort van beeld van wanhoop

en hoop ook en tegelijkertijd zijn er de hele tijd

die slangen die eigenlijk heel erg onthustend zijn.

MUZIEK

MUZIEK

Mijn breinwerk werkt heel associatief.

Dat doe ik in mijn werk ook vaak

van heel verschillende werelds te gaan samenbrengen

die misschien op het eerste zicht niet bij elkaar horen.

Zoals bijvoorbeeld een heel wetenschappelijke research

waar ik dan heel diep in kan gaan en dan andersuit.

Spheres of popcultuur of de verbeelding.

En op het eerste zicht kan dat aan lijken als elementen die vloeken

of die die die niet meteen verband houden met elkaar

en dan vind ik het net interessant om wel ergens op zoek te gaan naar die verbanden

en die kunnen heel gevolgsmatig zijn, die kunnen heel symbolisch zijn.

Willem-Jan Otten, die noemt poëzie

en wil je mij poëzie leren,

het tegending van de samenleving waarin je leeft van je tijd.

Iets zegt me dat je daar niet mee eens bent.

Nee, ik vind het net heel fijn als een gedicht.

Mijn gedicht te voelen altijd net heel verknopt met mijn tijd,

met de tijd dat ik leef.

Ik snap wel...

Er is inderdaad wel zo'n soort van opvatting van poëzie.

Is iets heel tijdloos, dat bijna in een vacuum bestaat ofzo.

Zo'n poëzie als een heel romantisch beeld van het gedicht

als iets dat eeuwig is en dat zich onttrekt

aan de tijd en aan de ruimte waarin het gemaakt is.

Ik denk dat het net een product is,

ook van een bepaalde tijd of van een bepaalde plek.

Als dichter staat je in een maatschappij, leeft je in een maatschappij

en zou ik helemaal niet willen doen

als of ik schrijf in een vacuum,

als of ik in een soort van ivore toren zit.

Als iemand dat beeld kan onderuit halen, dan jij.

Dat de dichter vanuit een ivore toren werkt

en eigenlijk alleen maar over geboorte, dood en liefde zou spreken.

Daar praat jij trouwens ook wel over.

Maar er is altijd die achtergrond,

dat grotere kader, die backdrop van de wereld waarin je leeft.

Ja, en ik denk zelfs dat het meer is dan een backdrop,

want ik denk dat ook zelfs zo de thema's

die als universeel worden genoemd,

inderdaad ze liefde, de dood, de rouw,

maar zelfs die thema's, ja, die veranderen ook.

Het is op zich een universeel gegeven,

want het kan eindeloos veel gedaan te zijn aannemen.

Dus nee, ik zie mijn gedichten heel erg als dingen die gevormd zijn

door allerlei mechanisme en factoren

die ook buiten mijn controle liggen.

En dat vind ik ook net wel interessant of zo.

En voor mij hoeven mijn gedichten ook niet tijdloos te zijn.

Ik denk als iemand binnen honderd jaar mijn gedichten leest

en daar niets meer van begrijpt.

Internet, wat is dat?

Zij is TV.

Popcultuur.

Ja, mijn gedichten gaan ook gedateerd te raken

vanwege de referenties die ik daarin verwerkt

die inderdaad vaak heel actueel zijn.

Maar dat interesseert mij ook niet.

Ik schrijf niet voor de eeuwigheid, ik schrijf voor nu.

En als iemand ze binnen honderd jaar niet meer begrijpt,

dan is dat zo.

Ze zijn voor ons.

Wat je zelf mooi vindt, wil je telen.

En dus heb ik door m'n niks gedicht

naar een handvol mensen gesteurd.

De dilettantische, maar fantastische,

lezerspoelen van het huis van de Dichter

bestaat uit voorzitter van de Vlaamse jeugdraad

Amir Pachorori.

Deze vond ik ook...

Oh, deze.

Dat is een platant verhebs.

Zangeres, Lara Chedrawi.

Ehm, wacht, waar zit het?

Acteur, Thijmen Goofaert.

En hoe zich je eruit voelt?

Acteur, Thijmen Goofaert.

En hoe zich je eruit voelt?

Chef van de standaardweekblad Grietblad.

Lief, ik ga de anders vormen.

En Emeritus-voorzitter van de Europese Gemeenschap

Herman van de Rompuy.

Oké, ik begin.

Allen mogen zij vrijuit vertellen

wat ze van het gedicht vinden.

Het is ook benadgeschreven als een slang

die zich rond u wikkelt

en die u steeds meer inpakt.

Ja, het grijpt naar de keel.

Je voelt zo de haartjes op je arm recht komen.

Pak je bij je nekvel.

Ja, het is de eerste keer dat ik

Jennifer Lopez en Britney

in een gedicht ben tegengekomen.

Ja, ik merk op een of andere manier

dat ik in het begin dan altijd zo tegenstribbel.

En dan herlees ik het nog eens.

En dan merk ik dat ik het wel heel fijn vind.

Britney Spears vond ik heel herkenbaar.

Ik ben natuurlijk een kind van mijn tijd.

En dat beeld bleef zo hangen.

Vooral het beeld van die anaconda

en wat ze beschrijven, die gladden, natte wereld.

Ik vond dat zeer bevremdend en zeer apokaliptisch.

Maar ik kon heel goed mij daar iets bij voorstellen.

Ik heb natuurlijk mijn moeten verdiepen

in de anecdotes die je net gedicht voorkomen hebt.

Want Britney Spears in de VMA van 2002

roept bij mij niet veel op.

Gedichten zijn voor mij meestal

zoiets heel archaïs of zo.

Maar ik vond dat er een heel hedendaagse touch in zat.

Maar ja, ook wel de mix met het Engels.

Ik heb het gaan opzoeken wat er staan Engels in tekst in.

Hier Les.

Les, like a phoenix rising from the ashes,

more like a raccoon waddling from a dumpster fire.

Minder als een phoenix die herrijst,

maar als een wasbeer wachelend weg van een container brandt.

Moest ik dan al die Instagram-films

met die raccoons dat de laatste tijd met een feed doorkruist?

Ik lees het als een soort maatschappijkritiek,

een schets van een stream,

een schets van onze wereld,

met dat vooral die zo harde eindsinn.

Ik ben hier niet om vrienden te maken,

ik ben hier om te winnen.

Ik snap de einde niet.

Winnen, wat betekent dat hier?

Wat moet er over wonen worden?

En als het winnen is,

wat is dan een nederlaag?

Ik weet het eigenlijk niet goed.

Ik vind het niet echt een hoopvolgedicht.

Het is zeker de laatste.

Ik ben hier niet om vrienden te maken,

ik ben hier om te winnen.

Ja, dat is wel...

Ja.

Ik weet niet of dat per se is wat ik voel in de wereld.

Maar misschien soms wel.

Maar ik denk dat we daar wel van af moeten.

Ik denk dat we wel moeten proberen om vrienden te blijven.

MUZIEK

Dat Dominique de Groen geen roze gepoiesie zou brengen,

was meteen duidelijk.

De eerste debuut, Shopgirl, is ontstaan in de kelder van Primark,

waar zij na haar studies in Schotland en Gent ging werken om de broden.

Ze zag er mensen vechten om de laatste woedkope pyjama.

Hier moest ze wat mee.

Ze ging zich als een bezeten en verdiepen in wegwerpmode

en weefde er poëzie van.

Ook voor haar volgende bundels was verontwaardiging de grondstof.

Kapitalisme, consumentisme, de opwarming van de aarde.

Er is veel om verontwaardigd over te zijn.

Ben jij een alsdichter, vermonde activist?

Ja, dat zou ik eigenlijk niet zo durven zeggen,

omdat ik onder een activist nog wel echt iets anders versta.

Onder een activist versta ik echt wel iemand die heel concreet acties gaat voeren

om heel concreet verandering te gaan proberen te wegbrengen in de wereld.

Dat is ook een term die ik mezelf niet zou durven aanmeten.

Ik vind niet dat dat exact hetzelfde is als wat ik doe

en ik heb ook heel veel respect voor mensen die echt hun lichaam in de strijd werpen

om het zo te zeggen en die daar ook wel vaak vrij compromillo's in zijn.

En ik denk als dichter dat je toch iets meer op een afstand misschien.

Maar ja, dat heeft ook te maken met waar u talenten liggen en waar je goed in zegt.

Ik denk wel dat gedichten misschien activisten kunnen inspireren ofzo.

Dus in die zin dat misschien iets meer indirect werkt.

Er zal, schrijft Ellen Deckwitz, in eerste wil bij poëzie,

altijd behoefte zijn aan gedichten over de actualiteit.

En ik zie tegen haar, anders dan een liedje op de radio of een krantenkop

heeft een gedicht iets vrijblijfens.

Waarmee ze bedoelt, je wordt er niet mee om de oren geslagen

en dus je hoeft het ook niet te lezen.

En dan gaat ze verder.

Die vrijblijfendheid maakt dat je de tijd en de ruimte kan nemen

om op een andere manier de veranderde werkelijkheid te interpreteren en te bevatten.

Ik denk altijd dat mensen er ook niet echt van houden

als iemand hun probeert te vertellen hoe het zit of was ze moeten doen of was ze niet mogen doen.

Ik denk dat dat vaak heel veel meteen weerstand opwekt.

Terwijl inderdaad een gedicht is iets dat heel anders opereert eigenlijk.

Maar dat u wel misschien gewoon aan het denken kan zetten,

dat bepaalde vragen kan oproepen, die dan langzaam in uw hoofd kunnen beginnen gisten.

En dat is een heel ander tempo.

Dat je hebt echt een broertje dood aan het vingertje.

Ja, dat vind ik echt vreselijk. Daar kan ik echt niet tegen.

Ook dichters moeten eten.

Ik stel voor om ons gesprek verder te zetten in de keuken van het huis van de dichter.

Het werkblad is groot genoeg om op de dichter aan het werk te zetten.

Een beetje zout.

Nu vraagt, om niet, kan ik helpen?

Oké, zet me maar aan het werk.

Ik ga je een sneeuwplankje geven.

Messen, hoe vind je dat?

De volgende lader.

Dat is een beetje zout.

Dat is een beetje zout.

Dat is een beetje zout.

Dat is een beetje zout.

Dat is een beetje zout.

Dat is een beetje daar.

De volgende lader.

En de worteler was, ik weet niet of dat daar ligt.

Ik ben het verantwoordelijk voor de wortelen.

Terwijl we zo aan het koken zijn, we moeten het natuurlijk nog over Britney hebben.

Dat begrijp je wel.

Ik spreek voor zonder dat we het over Britney Spears hebben.

Jij, die zo fan bent van Diane de Prima en tegelijkertijd van Britney Spears,

hoe brengen die twee samen?

Ja, voor mij heeft dat eigenlijk nooit aangevoeld als een contradictie.

Ik vind het net jammer als mensen dat op die manier beschouwen

van in poëzies enkel maar ruimte voor serieuze zaken of popcultuur,

hoort daar niet in thuis.

Voor mij voelt dat net heel organisch.

Dat is ook iets waar ik ben opgegroeid en dat deelheid maakt van mijn leefwereld

net zo goed als de poëzie die ik lees of als de literatuur die ik lees.

Voor mij heeft dat nooit aangevoeld als twee gescheiden werelden

waar ik tussen moet kiezen of zo.

En ik vind net de botsing tussen die heel verschillende werelden

vind ik net interessant en de spanning die het oplevert wat er gebeurt

als je die verschillende registers met elkaar in contact brengt.

Het zijn eigenlijk twee feministen.

Elk op hun manier.

Ik denk niet dat Britney zelf een feminist is.

Maar je kunt daar wel lezen op een feministische manier, denk ik.

Ik kan natuurlijk niet naar hoofd kijken natuurlijk

maar het is zeker wel mogelijk om haar levensloop te gaan analyseren

door een feministische lens.

In die zin vind ik haar wel een enorm interessante figuur

omdat zij wel een beetje het archetype is

voor hoe vrouwelijke sterren, vrouwelijke broemteden

worden opgevoerd in de media en heel erg worden vermarkten.

Zij is eigenlijk echt wel heel erg gebruikt geweest

en geëxploteerd geweest.

Echt gedusseerd ook tot daaruit erlijk

en ook op bepaalde momenten in haar carrière waarin zij

dan zelf nummers bouw beginnen schrijven

en echt zelf er eigen creativiteit ontplooien

is dat echt wel ook genuikt geweest door haar platemaatschappij

en haar management.

Omdat zij natuurlijk dat beeld van die perfecte pop wilde behouden

omdat dat hun dan gewoon meer opdracht

en zij heeft zich daar dan wel op een bepaalde manier tegen verzet, denk ik.

Ik denk bijvoorbeeld dat kaalschieren van haar hoofd

vind ik zo emblematisch.

Dat is echt zo...

haar schoonheid was eigenlijk een werktuig geworden

waarmee zij onderdrukt werd

en zij heeft haar eigen schoonheid aangevallen in die manier.

Dat was haar middelvinger eigenlijk.

Eigenlijk heel punk, vind ik.

Zij is echt zo'n school voorbeeld van Godin tot Offerlam

geweest dat binnen die mediakultuur.

Ja, enorm.

Ja, zij is echt de persoon, Britney Spears,

is eigenlijk op een heel cynische manier

opgeofferd geweest aan het product, Britney Spears.

En eigenlijk als persoon is haar leven

echt wel voor een stuk verboest geweest of kapot gemaakt

tot op een heel extremen hoogte,

natuurlijk met feit dat ze dan ook onder zo'n bewindvoering is geplaatst

gedurende 12 of 13 jaar,

waarin ze geen enkele beslissing meer mocht maken over haar eigen leven,

om dan op die manier het product Britney Spears

en dat perfecte beeld van haar wel in stand te kunnen houden

en ja, dat haar management en haar familie

gewoon niet het risico wel lopen

dat de complexe persoon Britney Spears

in de weg zou komen van dat product.

Wat vind je eigenlijk van die muziek zelf?

Ja, ik vind dat heel goeie muziek.

Dat is ook het ding van mijn fascinatie voor Britney Spears,

vertrekt ook echt niet alleen vanuit een theoretisch feministisch kader of zo.

Het is begonnen vanuit de liefde voor haar muziek

en de liefde voor haar als mediafiguur,

inderdaad het hotelplaatsje, haar voorkomen, haar mode,

haar manier op z'n dans, haar muziek,

ja, heb ik gewoon af en toe die ik echt heel jong was,

want ik had een enorme fan van haar eigenlijk.

Heel veel mensen zien haar echt wel als zo,

ja, ze schrijven haar eigen teksten niet

of ze zingt alleen maar de dingen die andere mensen voor haar maken

en op die manier zien mensen haar ook wel een beetje

als een hersteloos, ja, zangeres show.

Dat eigenlijk dus, ja inderdaad,

maar eigenlijk heeft zij dus ook zelf wel

een aantal van haar teksten, van haar nummers zelf geschreven

en ook haar nummer dat ik het mooiste vind, Everytime,

is een tekst die zij volledig zelf heeft geschreven,

ze heeft haar nummer ook zelf op Piano geschreven.

Vind je dat poetisch?

Dat nummer zelf.

Ja.

Ja, ik vind dat haar mooiste nummer

en die tekst is eigenlijk een tekst die gaat

over haar break-up van Justin Timberlake

en ja, dat nummer gaat eigenlijk ook over haar eigen schuldgevoel

als in wat er is misgelopen in de relatie

en het is heel mooi, heel haunting bijna,

hoe ze dat beschrijft.

En daarna merkt je wel dat zij eigenlijk zelf ook wel

echt een, ja, artistiek talent heeft.

Maar ik weet niet of ik het nou maar ken.

Ik kan het hier gewoon even omzetten op mijn telefoon.

Ik kan het herkennen als ik het hoor,

maar het is wel een grote hit geweest,

dus het kan wel zijn dat je het kent.

Oh, ja.

Oh, ja, ja.

Ken je het?

Ja, oké.

En dat gaat over haar break-up?

Ja.

Oké.

Haar slangen eigenlijk.

Ja, nee, die zijn nummer vol berouw eigenlijk.

Gelukkig is het heel...

Ik kan tussen uur en uien snipperen,

dan valt het niet op als ik...

als ik een traantje wegpink.

Het is wel...

Ja, het is wel ontroerend.

Heb je het nou geluisterd?

Na jouw break-up?

Ik heb een hele playlist gemaakt.

Break-up bangers, heet hij.

En daar stond onder andere dit nummer ook op.

Om het over zo nog een beetje in te zwelgen.

Ik vond het zelf als ik het zelf een goede playlist.

Dus ik heb hem ook gewoon bijgehouden voor als ik het nog eens snodig heb.

Ik heb ook al gedeeld met andere mensen

die op dat moment dan ergens door aan het gaan waren.

Oké, daarom kunnen we dus ook bijuitrechten.

Hey, voilà.

Kijk eens naar de keur.

Toverbal van kleuren.

Zal ik opschepen?

Moet je het zien?

Marce, wat ruikt het heerlijk, ja?

Dat ruikt heel natuurlijk niet.

Gaan we chillen op een hele mooie dag in water

om wat meer te treffen?

Ja, op de poosie.

Zal het eruit, dus altijd.

Smakelijk?

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

Ho, ho.

MUZIEK

De Slang сюда krijgt een activistische chlorine lolledig langzaam.

In Genesisch primero.

Niet het kleinste van alle dieren die de heer maakt,

die God de Heer gemaakt had, verantwoordelijk voor de zondeval,

het begin van alle ellende, het kan niet van alle dieren worden gezegd.

Maar hoe zorgvuldig we opkijken in de kerk van Wathoe

is niet één slangetje te vinden.

Slangen gaan weer niet aantruffen.

We steken maar een kaartje aan voor de slang,

want ook zonder zijn er om lief te hebben.

En voor vergeving is het nooit te laat.

Je werk is eigenlijk een gekke mismash van uitersten.

Je brengt die allemaal samen ratio en instinct,

het internet en mythologie, hoge en lage cultuur,

het menselijke en het niet-menselijke, het wetenschappelijke

en het bovennatuurlijke.

We zijn hier in een kerk.

Hoe na bij weet je hier met het bovennatuurlijke?

Ik zou mezelf niet omschrijven als een religieus persoon,

maar ik ben zeker aangetrokken tot het spirituele.

Ook in de dingen die ik lees,

ik heb altijd heel graag ook verhalen gelezen over geesten

en onverklaarbare gebeurtenissen.

En dat is echt iets dat ik wel zo voel

en dat ik ook wel geloof dat er meer is

dan alleen maar de zichtbare wereld

en dat er ook wel echt dingen zijn die we niet kunnen verklaren.

Ik denk ook wel dat dat ook ergens een tegengeven kan zijn

tegen de wereld waarin we nu leven

en een maatschappij die ook wel heel materialistisch is op heel vlakken,

heel erg ingesteld op winst, en altijd maar meer willen.

En alles ook willen reduceren tot de ratio

en alles willen reduceren tot een soort van logica

die ook enorm veel kapot kan maken,

die veel andere manieren om naar de wereld te kijken,

andere manieren om de wereld te begrijpen, ook wel heeft uitgewist.

Dus ik denk wel dat er echt ook een kracht en een verzet in kan zitten

van ook wel die spirituele dimensie toe te laten.

Natuurlijk, al die uitersten die je samen brengt in je poëzie zitten ook in jou.

Anders zouden ze niet in de poëzie doorstijpelen.

Brengt poëzie balans aan in je leven?

Ja, zeker wel.

Een paar jaar geleden ben ik ook een paar sessies bij een psycholoog geweest

en die verwoordde dat toen eigenlijk heel mooi.

Hij zei van je hebt eigenlijk heel veel geluk ergens dat je je kunst hebt

en dat je je poëzie hebt, want dat helpt u duidelijk wel

om bepaalde dingen voor jezelf te kaderen en te plaatsen en te verwerken.

En dan zei hij van ja, eigenlijk, je poëzie is een soort van uw anker,

of dat zijn zo uw wortels, uw wortels die in de grond zitten

en die u echt aarde ergens.

En hij zei van ja, als je dat hebt en zolang je je daar in gegrond voelt,

dan kan het nog zo hard stormen of dan kan het nog zo hard waaien daar buiten.

Maar dan ga je eigenlijk niet onvervallen, want dan heb je wel dat ankerpunt

dat u in de grond houdt.

Beteekent dat dan ook dat de poëzie je gelukkig maakt?

Kan poëzie je helpen om het geluk dichterbij te brengen?

Ja, geluk vind ik zo een...

Vind ik een moeilijk woord ook, want wat betekent dat natuurlijk?

Wat betekent het voor jou?

Voor mij is eigenlijk geluk...

Geluk als een soort permanente toestand of zo,

waar ik naar kan streven en die ik dan kan bereiken,

is voor mij niet iets dat bestaat of zo.

Er zijn momenten waarom ik mij heel blij en vrolijk of tevreden kan voelen.

En dan zijn er andere momenten waarin ik net pijn of verdriet ervaar.

En dat heb ik, ik vind dat je het bij de nodig hebt.

Dat je altijd de twee nodig hebt, want wat betekent dat geluk...

Geluk betekent eigenlijk destemeer door het contrast

met ook pijn en verdriet en gemis en rouw

en waar poëzie dan wel iets dat mij helpt

om die emoties voor mezelf te verkennen

en ook wel door te voelen of zo.

Dus in die zin zou je wel kunnen zeggen dat het ergens de weg is naar geluk,

maar dan dus niet geluk om een heel induidige of informeke manier of zo.

Net het hele spectrum van emoties kunnen ervaren,

ik denk dat het waardevolle is als mensen

niet om op deze planet aanwezig te zijn

en gewoon alles te kunnen voelen,

het goeie en het slechte.

En dat is eigenlijk waar ik naar streef, denk ik.

MUZIEK

Niet alleen Dominique de Groen kwam het huis van de dichterverlevendigen

met versen en verhalen.

Elke zaterdag verschijnt er een nieuwe aflevering

van de podcast Huis van de Dichter.

U hoort telkens een andere wijze, straffe en mooi harte gedichter

brede uit vertellen.

Luis er dus zeker ook naar de andere afleveringen.

Opname en montage van deze podcast zijn van Pauline Augustijn.

De muziek is van Nicola Rombouts.

Heel graag tot de volgende.

Machine-generated transcript that may contain inaccuracies.

Dominique De Groen (1991) is de coolste dichter van ons taalgebied. Voor haar bundel 'Slangen' werd ze bekroond met de Jan Campert-prijs 2022 en de Cultuurprijs van de Stad Gent 2022. Ze is ook schrijver en beeldend kunstenaar, en werkt op dit moment aan 'Corpus Britney', een roman over kapitalisme, hekserij en Britney Spears. De gedichten in de bundel 'Slangen' hielpen haar om liefdesverdriet te verwerken. Ze was eigenlijk niet eens van plan om een bundel te schrijven. Maar de gedichten drongen zich op. Als slangen kronkelden ze Dominiques bewustzijn binnen.

Met de podcastreeks ‘Huis van de Dichter’ wil Jelle Van Riet ons aansteken met haar liefde voor poëzie. Ze nodigt deze zomer zes favoriete dichters uit in Watou, en gaat met hen in gesprek over poëzie en het leven. Leidraad van het gesprek is één gedicht van de gastdichter, dat ze ook voorlegt aan een lezerspoule waar onder anderen Herman Van Rompuy en Tijmen Govaerts deel van uitmaken.

In deze podcast dient dit gedicht van Dominique De Groen als uitgangspunt voor het gesprek:


Walg van dit trieste meisje, werp haar van me af als slangenvel
en de dorre dode huid krult op in de vlammen.

Een film en in iedere scène ben ik Jennifer Lopez die een anaconda wurgt die zich rond de zeldzame bloedorchidee heeft
gewikkeld waaruit zij de molecule voor een levenselixir wil
destilleren

en in iedere scène komt de gele albino tijgerpython die rond
Britney’s nek gedrapeerd lag tijdens haar performance van
I’m A Slave 4 U op de 2002 VMA’s naar me toe geglibberd,
wikkelt ze zich rond mijn naakte lichaam en knijpt...

... toont me, vlak voordat mijn ogen uit hun kassen springen,
een gladde natte wereld zonder dieptes, een toekomst met
schubben die niets anders bedekken dan nog meer schubben...

... een shift van technologieën voor het verwezenlijken van een
betere wereld naar technologieën van controle & surveillance...

Dominique, wat is de diversiteitsaanpak in jouw werk?
De verbolgen kunstenaars kronkelen naakt in biologisch
afbreekbare glitter, in de glinsterende assen van het teken

de kurkdroge prairie bedekt onder gistende kadavers
ik draai ze om en ieder gezicht is het mijne

less like a phoenix rising from the ashes, more like a raccoon
waddling away from a dumpster fire

Ik ben hier niet om vrienden te maken, ben hier om te winnen

Uit Slangen, het balanseer, 2022

‘Huis van de Dichter’ is een zesdelige podcastreeks in samenwerking met Poëziecentrum die elke zaterdag verschijnt in de podcastreeksen ‘DS Letteren’ en in ‘Watou. Huis van de Dichter.’ Dit is de zesde en laatste aflevering. Concept en scenario: Jelle Van Riet. De opnames en montage zijn van Pauline Augustyn. De muziek is van Nicolas Rombouts. De podcast is mede mogelijk gemaakt door Literatuur Vlaanderen, PoëzieCentrum en Kunstenfestival Watou.

See omnystudio.com/listener for privacy information.