De Kunst van het Verdwijnen: 1. Wereldnieuws

VRT MAX VRT MAX 10/25/22 - Episode Page - 22m - PDF Transcript

Ik ben regisseur en toneelschrijver voor het Inaanthwerpen

wereldberoemde theatergezelschap Marta Tentatief.

En ik heb een ongelooflijk verhaal dat hier begint.

We staan hier op de noek van twee straten, twee doodgewonen straten

in Inaanthwerpen, de Nervierstraat en de Lamborghinièrestraat.

Op het einde van de Nervierstraat, om even te situeren,

zie je een rondkantje van de Nervierstraat.

Op het einde van de Lamborghinièrestraat, om een stap opzij te zetten,

zie je dus een stuk van een trienviadukt.

Het is gemetzeld in de 19e eeuw en dat trienviadukt

zorgt ervoor dat de trienen van Antwerpencentraal

naar Berchem de stad in of uit kunnen rijden.

Aan zich die plaatsbeschrijving doet er niet toe.

Aan zich die plaatsbeschrijving doet er niet toe.

Wat belangrijk is dat je weet dat we ons hier op een hele gewone...

Dat is niet erg.

Dat we ons hier op een hele gewone banalenstraat opvinden, waar zich.

Drie waar gebeurde verhalen hebben afgespeeld door heen de geschiedenis.

Verhalen die die wijk waarin we zijn hebben bepaald.

Eentje, in de vroege herfst van 1942.

Eén, in de hoogsommer van 1918.

En we beginnen, in de winter van 2019.

Dit verhaal speelt zich af in een onwerkelijke,

wat sprookjesachtige wijk in Antwerpen.

De Zevende Wijk.

De Zevende Wijk staat niet in stad schieten.

Het is niet te vinden op Google Maps.

En toch, de Zevende Wijk staat niet in stad schieten.

En toch, de Zevende Wijk bestaat wel degelijk echt.

Het is een dichtbevolkte buurt in het midden van de stad.

Die wordt bewoond door opvallenden in het zwart gekleden figuren.

Als iemand uit de provincie in Antwerpen aankomt

en uit het Centraal Station stapt,

je ziet natuurlijk mensen die voor de buitenstaand tot een andere wereld behooren.

De wijk wordt door sneden door een sporenweg via duct,

dat door de oude antwerpenaren de centers wordt genoemd.

Er is een diamantquartier dat door Bareel wordt afgerendeld.

En er zijn kameras.

Onttellbaar veel kameras.

Op zondag 3 februari 2019 registreren die kameras

hoe een politiewagen langs het Stadspark de wijk invlamt

en aan hoogesnelheid het rondpunt van de Belgelijn nadert.

Ze registreren hoe op dat rondpunt een man zijn telefoon neemt,

kort iemand beeld en rustig wegwandelt.

De kameras registreren hoe twee politiemannen met getrokken wapens

het bankkantoor op de Belgelijn binnen stormen.

Beneden in de kluizenzaal gaan de inbraakalarmen af.

Maar de agenten geraken niet verder dan de inkomhaal met de bankautomaat.

En terwijl dat er aan de bank steeds meer politieploegen toekomen,

gaat er één straat verder, achter de noek, een deur open.

Om kwart na twee gaat er hier op de noek van de Nerveerstraat

en de Lamorinierestraat een deur open.

En uit die deur verschijnt er een orthoboxyooze man

met een rolkoffer.

Moest u er geen beeld bij kunnen vormen?

Lange zwarte jas, zwarte broek en schoenen en kenmerkend,

een hoge zwarte hoed en een wit hemd met rafels.

En deze man trekt met zijn rechterhand een rolkoffer voor.

Raketaketaketaketaketak.

In die koffer zit de buit van de bankroof.

Volgens Bronne dicht bij het onderzoek zon twee miljoen euro.

Ik denk als men naar buiten komt met twee miljoen,

dat de werkelijke buit die werd gemaakt, dat dat veel, veel groter moet zijn.

En hoeveel dan? Veel groter.

Hoeveel groter? Veel. Heel veel.

Terwijl de Belgelij voor alle verkeer wordt afgesloten

en speciale teams van de politie de kluis is aan het proberen binnen te geraken,

steekt de orthoboxyooze met een rolkoffer rustig de straat over

en verdwijnt uit beeld.

Geen stres, geen spanning op te merken.

Toen ik die beelden zag, dat was precies een film.

Dat was puur fictie, dat was Hollywood.

De spectaculairste bankroof in de recente geschiedenis is een feit.

Dit is de kunst van het verdwijnen.

Een podcast van Marta Tentatief en Lukas de Rijken

in kooproductie met VRT-Max.

Aflevering één, wereldnieuws.

Een verslag van 3 februari 2019.

De dag van de bankroof.

Het begin van ons verhaal.

Op zondagmiddag, 3 februari 2019,

rijdt een Eserteeploeg in een anonime wagen door de stad.

Esertee staat voor snelle respons-team.

Een speciale eenheid van de antwerpse politie en dat is er aan te horen.

Alles wat met zwaardere criminaliteit te maken heeft,

slagen en verwondingen, geweld, plegingen,

daar worden wij meenegestuurd.

In de auto zitten 3 agenten in burger.

Een van hen is Sven, een rustige, vriendelijke man

waar je toch liever geen ambras mee wilt.

Wij gaan op initiatief mee,

maar op de rechten, die in feite, laten we het simpel zeggen,

iets geweldadiger zijn.

Rinnert jij je nog zondag, 3 februari 2019?

Ja, ik rinner mij die nog. Zeker in vaste.

Zondag is ook een dag, het is meestal rustig.

Het meestal begint wel los te barsten rond een uur of veer.

Al de mensen die de nacht ervoor goed gefeest hebben

en goed wat gedaan hebben, slopen tot na de middag

en ons clienteel wordt aan het wakker.

En dan begint het meestal.

Vandaag begint het iets vroeger.

Wat om 20 na 1 ziet een operator in de controlekamer

van NIT-technologies een alarm binnenkomen.

Uit de kluizenzaal van de bank BNP Paribas Fortis

op de Belgelei.

Als er op een van die camera's een beweging is, popt een op.

Dus op die plaats had daar iets speciaal op gebeurd.

De operator beeldt onmiddellijk naar Securitas,

de firma die de bank bewaakt.

Het is dringend, want al meteen komt er ook een tweede alarm binnen.

Maar het is zondag.

Ook bij Securitas.

Meer dan vijf minuten wordt de operator doorverbonden

van de ene onbemande dienst naar de andere.

Wanneer de roken derde en vierde alarm af gaat,

beeldt de operator rechtstreeks naar de antwerpse politie.

En dan gaat het ineens heel snel.

Nog geen zes minuten na de oproep zijn de eerste politieploegen aan de bank.

We zijn er toegekomen en het probleem is dat je in zo'n blok is,

probeert om er eens binnen te geraken.

Je kon seers proberen op te bellen, of toch een verantwoordelijke.

Dat is altijd een ramp, zeker op een zondag.

Het team van Sven geraakt niet verder dan de zelfbankingruimte,

waar steeds meer agenten toekomen.

Ik denk een vierde ploegen of zo, een interventie.

En dan onze twee ploegen met een Theodorba, dat is een officier.

Die gaat dan zeggen wat er moet gebeuren.

Gelukkig arriveert vijf minuten later ook de bewaakeren van Securitas.

Zodat de politie de bank pinne kan.

En dan wordt er een rondgang en er wordt ook altijd proberen

een 360 gelijkje aan te zeggen, dus er wordt de blok vastgezet.

Ze checken alles. Donov, de kantooren, alle uitgangen

en gaan dan naar beneden.

En daar loopt het strop.

Sven en zijn collega's staan voor de gepanzerde deur van de Kluisenaal.

Ze horen de alarmen afgaan, maar ze kunnen niet binnen.

Niemand kan binnen.

Ook de bewaakeren van Securitas niet.

Hij heeft geen koldes van de Kluisendeur.

We hebben nu wel een hoop materiaal. We hebben een onmaltrouw en een libere fiets.

Dat zijn echt wel vergepanzerde deuren openen,

maar dat gaat niet zomaar beginnen in een bank.

Dat gaat ze niet appreciëren.

Zeker dat je weet van het is vast.

Als er iemand binnen ziet, zit hij vast.

Er wordt gebeld naar de account manager van de bank om de kluisenaal te openen.

Maar die neemt niet op.

Het is zondag.

Ten directeur was op verloven, dan moest de vissen-directeur en...

Dat was precies van, ja, als ik gelieve niet op zondag onze bank te overvallen.

Dan zijn we niet thuis.

Het snelle responssteam staat al een kwartier voor de gepanzerde deur.

Maar voor de rest hebben we gewoon gewacht tot de deuren openging.

We konden ook niet meer doen.

Terwijl het snelle responssteam beneden wacht,

voltrekt zich boven het leven in de zevende wijk.

Ja.

Jongens met pijpenkruilen krijgen les in een nabijgelege Geder,

de Joodse zondagschool.

De Geder is dus echt Ulte-Octodokse jongenschool,

waar de jongens eigenlijk alleen maar opgeleid worden

in wat je aan zou kunnen met Joodse vakken die stal moet.

En dat soort zaken.

En dan, 84 minuten nadat het alarm afging,

arriveren Janik en Thomas,

twee personeelsleden uit het lager kader van BNP Paribas Fortis.

Ze worden daar beneden geleid

en krijgen pas na een paar zenuwachtige minuten de juiste code ingetikt.

Dan gaat die deuren open en je ziet dat ik in een hoogwink er is niemand meer.

Het SRT-team gaat de kluis binnen.

Ze zien in de laatste en voorlaatste gang opengebroken kluizen.

De vloer ligt bezaaid met papieren en geld en achteraan de kluizenzaal,

onder een verbarming, is er een gat in de grond.

Een gat?

Een klein gat.

Daar krijg ik bewaas van spreken met een onderarm nog niet deur.

Daar kan ik ik nooit niet deur kruipen.

Maar dat moet ergens uitkomen, dat gaat natuurlijk.

En dan begint het te denken van, oh, shit, maar we zijn die.

Eerst denkt de politie

dat ze via een andere kelder zijn binnengerakt.

Politieploegen dringen binnen, in de aangrenzende school,

een poort wordt ingebeukt, maar in die kelder is niks te zien.

En dan ineens begrijpen ze het.

En zo staat het ook beschreven in de schitterende taal die bij PV's hoort.

Vervolgens leidt logisch reddenneerwerk

ons tot het open trekken van het riooldeksel voor de deur van de bank.

Daar lag een nieuwe noepwerkgrief.

En we wisten dat ik van, oh, hier is iets verbereid geweest.

En nu zijn ze zeker.

De bank is beroofd via een tunnel.

Er ontrolt zich een indrukwekkende operatie.

De brandweer en de civiele bescherming komen ter plaatse.

De Belgelij wordt voor alle verkeer afgesloten.

En niet veel later

verschijnt een eerste persfotograaf

die in de Nerversstraat meteen het beeld van de dag vastlegt.

Een lege, door politie lient afgespanne straat

met alle riooldeksels open.

Meteen daarna beeld de fotograaf naar journalist Patrick Leffelon.

Ja, Patrick, er is iets aan de hand aan de BNP Paribas, zeker?

Op de Belgelij.

Patrick is een knappe man met grijze kruilotjes,

die al meer dan 30 jaar reporter is voor het laatste nieuws.

Hij heeft de weekendtiest overgenomen van een collega.

Ja, een weekend kan meevallen, maar dat kan nog geweldig tegenvallen.

En zo'n weekend is het.

Meteen na het telefoonje springt hij op zijn fiets.

Ik heb niet in mijn goede stond,

een agent zo voor de kantoor van die bank.

En die man stond naast de riooldeksel, en daar stond ook een ladderin.

Maar voor de rest was er eigenlijk niet veel te zien.

En die agent zegt, jammer, je moet hier eens in de zijstraat kijken.

Kijk, maar is hier in de zijstraat van onder de zijstraat.

En ik zie alleen dat al die riooldeksels waren opengezet.

Ik zeg, voorbij, ja.

Voorwaast dan die riooldeksel?

Ja, ze zijn van je inderachter nog hier gekropen

en dan een tunnel gegraven en zo zijn ze binnen.

Kijk, wat?

Hoe kan dat?

Twee speurders van de federale gerechtelijke politie

nemen de leiding van het onderzoek over.

Het team van Sven doet witte, beschermende pakken aan.

Maar wat overleg is er dan besliefd van drie mensen van ons

die een tunnel in te gaan?

Ze dalen via een ladder af in de rioolput voor de bank.

Lenné, leed goed doep, want ik wil strijk nog een ruisje om.

Verstodden we?

Zelfs ze geld hebben die door iets geplaatst

om te doen om ploffen of tien of tender, altijd mee te passen.

Beneden zien ze meteen een handgegraven tunnel

die naar de kluizenzaal leidt.

Wat zegt gelijk in de boekskeets van Jommake?

Linsen, Rijs en Balakje, en er bovenop een Balakje.

Ze zei dat we er niets omstoepen, want was dat instuurd?

Je weet niet wat je moet verwachten.

Dus leven begraven.

In de riool liggen stapels zandzakken, een mattress en een slijpschijf.

Er was ook elektriek gelegd, dus elektriek kabelsgelegd.

Dat was al neef.

Ze volgen de kabels die in de richting van het rondpunt gaan.

Daar zien ze hoe die rechts af slaan.

Een nog kleiner riooling.

De riool onder de Nerveerstraat.

Ze kruipen op handen en voeten door de smurrie.

Meter en vormeter dieper de straat in.

Op het einde van de straat zien ze opnieuw een handgegraven tunnel.

Met daarin een schuifladder.

En dan gouden we een tikker wel, Rapper.

Want dan weten we dat die hier in een woning zit.

De beurt is afgezet, die moet er niet reestaan.

Ze klimmen langs de ladder omhoog en komen terecht in een kelderappartement.

Maar daar is niemand.

Dus ze onderzoeken de rest van het huis.

In de bovenliggende appartementen wonen mensen uit Polo, Mongolia,

Ukraine en Azerbaijan.

Drie politiemanen met vuilen, bieten pakken gaan van deur tot deur.

Niemand begrijpt hen en tisgaalt ons tot en met.

In het PV staat dat jullie bij een vrouw binnenvallen die niet wat open doen.

Inderdaad, dan was een dame die had schrik.

Dat weet ik niet, die toch echt eens overvallen werd.

Ik weet niet of het van hem was, maar er is iemand.

Natuurlijk in de context van iemand die voor het vluchtig is gehoord deed,

die doet de deur niet open.

Ik weet niet of we de deuren zijn open, geremd of die, dat weet ik niet.

Maar inderdaad of germia, die dame is looptilte, die woont er open.

Je moet er helpen, je moet er kalmeren en je had er echt niks mee te maken.

Buiten op straat is Patrick druk in de weer.

Hij spreekt agentenaan, beeld naar woordvoerders van het parquet.

Ik probeer iedereen die hem wat iets kan weten van de hele zaak te pakken te krijgen.

En vanaf vaneer weet je dan, oké, mijn eerste bericht is klaar.

Van het moment dat je zeker weet, ik weet, er is een bankoverwal,

er is een tunnel gegraven en ze zijn gaan lopen.

Dat zijn drie elementen, daar kunnen ze stuk bij maken.

Al is het maar twintig lijnen en dan zijn ze vertrokken.

Een paar minuten later verschijnt een eerste nieuwsbericht op hln.be.

Bij een inbraak in een filiaal van BNP Paribafortis

zijn twee tunnels gevonden die vermoedelijk door de bankrovers

werden gemaakt en gebruikt.

De omvang van de buiten is nog onbekend,

maar er zijn verschillende kluizen opengebroken.

Een eerste verdachte is geadisteerd.

Al snel blijkt die eerste verdachte toch geen verdachte te zijn.

Dat bleek dan een polse madame te zijn die stondronke was, die verwoonde.

En die natuurlijk een fatsoenlijke nadeg had, want die wist ook niet wat de madame was.

En ik heb die madame Sander Laagje sproken.

Toen was die nog dronken en dan was er nog geen taam om vast te knopen wat hij zei.

De avond valt.

Achter de linten, waarmee de straten zijn afgespannen,

komen steeds meer buurtbewoners kijken.

Onderin ook een jonge advocaat met een gidswarte baard.

Je ziet heel veel politiemensen, je ziet Tovel was ook ter plek in.

Mensen van de rioolering dergelijke,

en meer om die riooldeksels waarschijnlijk op te zetten.

Alles was afgesloten met politielint.

Dus dat is wel een beeld dat op hun het vliezen gebrand blijft.

Advocaat Sahil Malik is de reisende sterren van de Antwerpse baard.

Met zijn indrukwekkende baard, helderen ogen en Indiase roots,

is het een opgemerkt figuur die steeds belangrijker zaken pleit.

Ik denk dat ik de enige Indische Antwerpse afkaat ben.

Sahil hoort van andere omstaanders dat er blijkbaar een bankeroof is gepleegd, met tunnels.

Gevoelde alles zinswel, er is hier iets gebeurd, iets heel groot.

En op dat moment kan hij natuurlijk niet weten dat ook hij al heel snel

in het centrum van de aandacht zal staan.

Rariveren steeds meer journalisten in de zevende wijk.

Wij waren er dan, de Gazette van Antwerpen was er dan,

en wat kreigde dan?

En dan komen die radios er aan, en dan komen de TV's twee uur later.

Ja, dan is het hele circuser.

En dan natuurlijk, dan begint het machine te draaien,

en dan wordt de frontpagina leeggemaakt,

en dan worden er planekes gemaakt en foto's en...

Alles wat we wisten, moest dan ineens in de krant, hè.

En zo gaat het overal op alle redacties.

Een paar uur later is de Tunelroof wereldnieuws.

Dimanche aprimie, die de Cambrioleursen zijn introduït

in een agence BNP Paribas Fortis d'Envers.

Een groep de infractoriaus de Baton-Tunel.

We hebben 20 deposit-boxes emptied.

Adkels en Missouls Samarthal d'Amthalwebsbank

is Saksaviskaridak Edelidaftat.

Het is nog niet vervoerd hoeveel we stolen.

Ausgangspunk bij de kela eines woonhouses in de Nerviostraat.

Het onderzoek is in volgang.

De speurders van de federale gerechtelijke politie

overleggen met de onderzoeksrechter.

Het labo doorzoekt de tunnels en de kluizenzaal op sporen.

En in het kantoor van de lokale politie bekijken twee agenten

de beelden van de politiekamera op de hoek.

Ik kan niet garanteren dat elke vierkante centimeter op camera staat,

maar als ze bij ons niet op camera staan,

dan denk ik wel dat we door middel van privécameras

99% kunnen dekken van al het genaderen gebeurd.

Ze zien dat, kort na de tunnelroof, zes daders het huis verlaten.

Met een pauze van telkens een paar minuten.

Ze stappen weg in verschillende richtingen,

dool en kalm, alsof er niets aan de hand is.

En de laatste die buiten komt,

is een orthodoxiood met een rolkoffer.

Ik hoor nog het nieuws voor ik ga slapen.

Middendacht, goeie avond, nieuws met Johan Tas.

In Antwerpen is ingebroken in een bank via een tunnel vanuit de rioolering.

Voor het eerst brengt een pauze een bezoek aan het Arabisch hierijland.

En sinds het ruidenwind van Eupen, anderlecht verliest bij een standaard.

Omdat je denk ik in mijn eigen tunnelroof, hier in mijn eigen stad,

dat is cool.

Veel meer heb ik niet meer gedacht.

Ik ben stiek kapot van de lange dag repeteren

op een nieuw toneelstuk.

En ik val als een blok insla.

Op een godvergeten zondagmiddag

wandelt een orthodoxiood weg met de buit van de tunnelroof.

Racketacketacketacketack.

Zijn spoor zal ons in werelden brengen waarvan we het bestaan niet eens vermoeden.

Voor Zakonyen.

Lekterlijke vertaling van het georgus is betterlijke dief.

We komen in andere tijden terecht.

Verschrikkelijke tijden.

Je hoort het blafven van het georgus.

Je hoort het blafven van honden.

Vrachtwagens met draaiende motors.

Het roepen van mensen en af en toe schieten.

Maar steeds opnieuw leidt zijn spoor naar deze hoek.

Deze banalenstraat hoek in de zevende wijk.

Machine-generated transcript that may contain inaccuracies.

In de Antwerpse Zevende Wijk wordt op klaarlichte dag een bankroof gepleegd. Terwijl de politie de bank omsingelt, verlaten 400 meter verder zes daders een huis. De laatste van hen is een orthodoxe Jood. Hij trekt een rolkoffer voort met daarin de buit van de tunnelroof.